over de afstamming van de Owczarek Podhalański.
Ik heb deze informatie uit het Poolse informatieblad
“Owczarek Podhalański”,
geschreven door de heer Derezinski (zie foto rechts),
die mij toestemming heeft verleend om dit te publiceren
Er is geschreven dat de voorvader van dit ras de Tibetaanse Dog
is geweest.
De Tibetaanse Dog is door de handelsreizigers,
genaamd Foeniciërs, meegenomen via Afrika
en Spanje naar Europa.
Het Romeinse leger gebruikte de Tatra als waakhond
en in veldslagen.
In het museum van het Vaticaan heeft men beelden
uit de Romeinse tijd
die heel erg op de Tatra lijken. In de 15e en 16e eeuw trokken herders
met hun schaapskuddes naar het Tatragebergte
en het daarbij behorende ondergebergte.
In het begin werden de Tatra’s Liptaki genoemd
en na een tijdje Onderkarpaten herdershond.
In 1851 heeft Ludwig Zejsner o.a. over de Tatra geschreven: “
Deze honden zijn wit, sterk met lange vacht.
Ze kosten veel geld, nl. 21 – 39 złoty.
Men vindt moeilijk betere hoeders dan deze honden.
Ze zijn wantrouwend en als het moet agressief tegen vreemden.
Hun voedsel is simpel. Ze nemen genoegen met havermout en schapenmelk.”
In 1878 beschreef X.W.A. Sutor het herdersleven in het tijdschrift
”Herdersleven”.
Overdag gaan deze honden met een herder naar hun kudde.
‘s Nachts bewaken ze de herdershutten en de schapen in de kraal tegen beren
en wolven
of andere ongewenste gasten.
Meestal zijn er 2 tot 4 Tatra’s bij de kudde.
Sutor schreef over de Tatra: “Deze grote witte honden hebben donkere ogen
die zeggen hoe moedig en slim ze zijn”.
Dat de diverse kwaliteiten van het ras niet alleen bij de bergbevolking
bekend waren
blijkt uit bewaard gebleven brieven uit de 19 e eeuw
met bestellingen van grote witte honden voor bewaking van landgoederen.
Het Poolse grensbewakingkorps startte in 1922 met gericht fokken en africhten.
Een zekere Trybulski maakte zich sterk om deze hond in status te verheffen
en met de naam Owczarek Podhalański als apart ras te beschouwen.
In de dertiger jaren begonnen de liefhebbers de Tatra-hond te propageren
met leuzen en advertenties
als: In elk Pools gezin past een Poolse hond, de Tatra-hond,
beslist naar Uw zin.
In 1937, van 3 tot 5 augustus,
werd in Zakopane de eerste tentoonstelling gehouden.
Deze tentoonstelling werd georganiseerd door
T. Siemianowski en Kolonel ZdisŁaw Adamczyk.
Financieel werden ze door de stad Zakopane ondersteund.
Er waren 70 volwassen honden en dertig pups op deze tentoonstelling.
Er was veel interesse voor de Tatra,
vooral van de delegatie van kynologenclubs.
Tot op dat moment kenden we de Tatra onder diverse namen.
Ze werden Owczarek Podhalański genoemd,
Liptok Tatraherder, Bergherder of Goralenhond.
Dit was tevens de laatste tentoonstelling voor de tweede wereldoorlog uitbrak
en ook de kynologische wereld platlegde.
Door de Stichting Genootschap van Liefhebbers van Diensthonden
werd de eerste standaard opgesteld. In 1954 toen de nog jonge kynoloo
M. Szymaner
voorzitter was van de Liptok-club te Poznan
heeft hij samen met redacteur Siemanowski en dierenarts H. Derezinski
de problemen rond de Liptok besproken.
Ons prachtige Poolse ras had zeer veel te lijden gehad in de oorlog,
waarin ze als kanonvoer diende.
Er werd een lijst van Tatra’s rond Zakopane gemaakt.
Om zo vlug mogelijk het ras weer op peil te kunnen brengen
werd een show georganiseerd
De winnende honden waren de reu Dormin en de teef Dolina.
In 1955 werden ruim 100 Tatra’s bijeen gebracht voor een selectie.
Deze inventarisatie werd georganiseerd door rector Prof. Dr. T. Marchlewskie
van de Universiteit van Krakau,
die medewerking kreeg van Prof. Dr. Robla, Prof. Dr. J. Dyakowska
en Mr. L. Smyczynski.
Doel was het aangeven en omschrijven van foklijnen.
Over het gedrag werd geschreven: ‘
De Liptok is zeer geschikt om schaapskuddes te leiden. Hij is erg waakzaam.
Men kan hem ook als bewaker van berghutten of gebouwen gebruiken.
Het is een goede verdediger.’
Tot op heden deed de hond er in gevechten met wolven niet voor onder.
Het waren vaak heftige, bloederige gevechten, waar de Liptok niet zelden als overwinnaar uit de strijd kwam.
Tijdens een van de wetenschappelijke expedities naar Spitsbergen nam men 2 Liptoks mee.
Een teef genaamd Dolina en een reu genaamd SzaŁas.
De honden bleken prima gidsen te zijn tussen de grote ijsmassa van Antarctica.
Ze loodsten de deelnemers aan deze expeditie overal veilig doorheen.
Ook zijn er in Spitsbergen pups van deze honden geboren,
wiens dagelijkse maal bestond uit vis en zeehondenvlees.
Na de inventarisatie van de Tatrahonden na de oorlog
bleek dat de meeste van de Tatra’s afkomstig waren van bergboeren en herders.
Mensen die veel van hun werk, schapen en honden hielden en er ook trots op waren
de inventarisatie van de Tatrahonden na de oorlog
de inventarisatie van de Tatrahonden na de oorlog
bleek dat de meeste van de Tatra’s afkomstig waren van bergboeren en herders.
Mensen die veel van hun werk, schapen en honden hielden en er ook trots op waren